De Sijs
Het verspreidingsgebied van de sijs is Europa delen van Azie en Noord Afrika.
De grootte van de sijs is ongeveer 12 centimeter.
de mannetjes van de sijs hebben een zwarte bovenkop en de kleuren geel en groen zijn intensiever dan de bij de vrouwtjes die wat minder kleur hebben.
Vinken hebben een eigen territorium ze verdedigen dit vooral tijdens de broedperiode daarom is het dan ook aan te raden om ze in een kweekkooi te laten broeden, of alleen in een voliere te laten broeden.
Het is een verdaagzame vogel die zeker in een voliere kan worden gehouden met andere soorten vinken zoals de goudvinken en groenlingen.
Een ander leuk aspect is, dat sijsjes kunnen erg tam worden en de verzorger zo uit de hand eten.
Sijsjes kun je in een kamer voliere houden maar natuurlijk ook in een voliere die op een beschutte plek staat.
En de voliere moet wel voorzien zijn van een dichte begroeiing van groenblijvende heesters en coniferen.
Sijsen zijn rustige vogels die niet snel zullen schrikken.
Als voeding geven we de sijsjes zaadmensels voor wildzagvogels, maar ook levende insecten en natuurlijk grit en maagkiezel die altijd beschikbaar moet zijn.
Net als vele andere vinken maakt het sijsje haar nest het liefst in de volierebegroeiing van mos, grashalmen en hooi.
De sijs zal 4 tot 5 eitjes leggen en het vrouwtje zal deze in ongeveer 13 dagen uitbroeden.
De jonge sijsjes worden door beide ouders gevoerd, en zullen uitsluitend alleen kleine insecten aangeboden krijgen door de ouders, zoals buffalowormpjes, stukjes meelworm, spinnetjes en fruitvliegjes.
Zorg er dan ook voor dat je dit meerdere keren per dag aanvuld.
De jonge sijsjes zullen met zo'n dag of 18 uitvliegen, maar kunnen nog niet voor zich zelf zorgen dat zal nog een weekje gaan duren.
Ook de sijs hoort tot de beschermde vogels die je niet zo maar mag houden in de voliere.
|